Ook niet wanneer Groningers aantoonbaar onheus worden behandeld.
Het aantal klachten is een veelvoud van de ingediende klachten.
Over het CVW neemt het aantal klachten toe. Wie zijn oor te luisteren legt bij de schadelijders kan niet tot een andere conclusie komen. Maar zal dit ook leiden tot een toename van het aantal klachten bij het CVW? Zeer onwaarschijnlijk. Het jaar 2015 is daarvoor exemplarisch.
Aantal klachten in 2015 ingediend bij het CVW
In een brief van de algemeen directeur CVW aan minister Kamp wordt het aantal klachten gezet tegenover de tienduizenden schademeldingen. Het CVW blijkt verguld met de 139 gemelde klachten in 2015. Deze hele brief komt over als een lofzang op het veronderstelde efficiënt en goed functioneren van het CVW. De GBB is hierover verrast en verbaasd aangezien de signalen van leden een ander beeld lijken schetsen.
Dat dwingt tot nadere analyse van de CVW-cijfers en daarvoor zijn die over 2015 informatief zoals deze worden genoemd in de brief aan minister Kamp. Het eerste puntje wat opvalt is, dat het aantal van 139 ingediende klachten alleen de tweede helft van 2015 betreft. Eerder kon er niet geklaagd worden.
Bekend is, dat een formele klacht ook staat voor een aantal mensen die ook een klacht hebben, maar geen formele klacht indienen. Op een vraag van de GBB hierover aan het management CVW kwam geen concreet antwoord. Blijkbaar niet over nagedacht of juist wel. Maar wel kwam er een reactie, dat uit onderzoek bekend is dat een factor van 10 maal voorkomt. Uitgaande van deze factor van 10 maal, dan zou dit voor het CVW betekenen dat de 139 klachten feitelijk staan voor ongeveer 1390 schadelijders met een klacht. Op jaarbasis dus ongeveer 2800 want er kon slechts gedurende het laatste half jaar een klacht worden ingediend. Maar is die omrekenfactor van 10 keer eigenlijk wel realistisch? Het aantal klachten bij het CVW vanuit het buitengebied ten opzichte van het daadwerkelijke aantal mensen met een klacht in het buitengebied lijkt een indicatie voor het realiteitsgehalte.
Aantal klachten vanuit het buitengebied
In dezelfde brief staat: 10 van 139 klachten hebben betrekking op schadeafhandeling in het buitengebied. Slechts 10 schadelijders in het buitengebied hebben dus in 2015 een klacht ingediend bij het CVW over de schadeafhandeling. Terwijl het zo klaar als een klontje is, dat alle schademelders in het buitengebied (1423 in 2015) ontevreden zullen zijn met het niet-afhandelen van hun schade door het CVW. Er gebeurde namelijk niets, helemaal niets, met afhandelen van hun schade. Het CVW stuurde zelfs niet eens een taxateur, hoewel dit eerder wel door de opperbaas NAM was toegezegd. Maar ook dan klagen in 2015 slechts 10 schadelijders vanuit het buitengebied. Elke ingediende klacht staat blijkbaar voor een zeer grote groep mensen in het buitengebied (140 x). Rekening houdende met het feit dat dit een specifieke steekgroep is, kan deze omrekenfactor niet naar het hele aardbevingsgebied veralgemeniseerd worden. In ieder geval lijkt het wel iets meer te zijn dan de 10 x waar het CVW blijkbaar rekening meehoudt.
Deze cijfers maken echter beslist het volgende duidelijk: Groningers gaan niet klagen bij het CVW, ook niet als ze aantoonbaar onheus worden behandeld.
Zal de vloedgolf van C-schades leiden toe meer klachten?
Een vloedgolf van C-schades (niet-bevingsgerelateerde schades) overstroomt het aardbevingsgebied. Het is een loterij om nu nog een schade als bevingsschade erkend te krijgen. De voorbeelden van willekeur bij het vaststellen van C-schades zijn legio. Zo veelvuldig zelfs, dat in de volksmond de naam van het CVW (Centrum Veilig Wonen) is veranderd in: ‘Centrum Van Willekeur’.
Zal deze vloedgolf van C-schades leiden tot een forse toename van het aantal ingediende klachten bij het CVW? Zeer onwaarschijnlijk, nu uit de cijfers van het CVW blijkt dat zelfs schadelijders vanuit het buitengebied geen klachten indienen bij het CVW. Waarom zouden Groningers dat dan wel doen bij C-schades?
Maar hoe komt dat toch? Kan het soms mede bepalend zijn hoe het CVW staat tegenover de ingediende klachten? De directeur van het CVW schrijft daarover aan minister Kamp: “Wij huldigen het uitgangspunt dat van klachten (en andere feedback van klanten) geleerd kan worden, zodat processen en onze dienstverlening kunnen worden verbeterd.” Helaas is de vloedgolf van C-schades het resultaat van door deze door het CVW aangestuurde processen. Het is immers beleid van het CVW en natuurlijk van de opperbaas: de NAM. Daar bestaat bij de schadelijders geen twijfel over. Zal het daarom zijn dat de Groningers niet formeel gaan klagen bij het CVW? Ze hebben het denkelijk door. Ze voelen feilloos aan dat ze hun tijd wel beter kunnen besteden, dan een klacht indienen bij het CVW die zal verdwijnen in de gebakken lucht van “het verbeteren van de processen”. Maar niet zal leiden tot ander beleid c.q. stoppen van de vloedgolf van C-schades.
Het lijkt immers exact op het niets willen doen aan de schademeldingen vanuit het buitengebied. Dat was eenzijdig door de NAM bepaald en het CVW voert het braaf uit. Waarom zal het bij de C-schades ineens anders zijn? Het CVW als afgietsel van de NAM voert immers braaf uit wat de NAM verordonneerd heeft en/of handelt in de geest daarvan.
Klagen daarover helpt niet, daar valt voor de individuele Groninger gewoon niets aan te doen. Proefonder-vinderlijk is dat de Groninger allang duidelijk geworden. Waarom dan nog een klacht indienen?
Terechte tevredenheid CVW op basis aantal klachten?
Ondanks alles koestert het CVW naar buiten het beeld dat het aantal ingediende klachten een teken is van goed functioneren. Is het een idee of een waanidee? Het lijkt een waanidee te zijn, wat niet bepaald een teken is van een goed functionerend geheel. Voor een waanidee geldt immers het volgende:
- het idee berust op onvoldoende gronden (zie bovenstaande argumentatie),
- het idee is in strijd met de werkelijkheid (zie bovenstaande argumentatie en luister naar schadelijders),
- het idee is niet corrigeerbaar (helaas leert de praktijk dat) .
Alle drie de criteria zijn van toepassing, ook dat voelen de Groningers feilloos aan.
Concluderend
Achter elke formele klacht gaat een groot aantal Groningers schuil die ook een klacht hebben. Niet uitgesloten kan worden dat dit in Groningen aanzienlijk hoger is dan de uit literatuur bekende omrekenfactor van 10 keer. Voor het buitengebied lijkt zelfs 140 keer te gelden, maar zeker is dat het aantal klachten over het CVW een veelvoud is van de ingediende klachten.
De eigen cijfers van het CVW tonen ook aan: Groningers gaan niet bij het CVW klagen. Ook niet als ze aantoonbaar onheus worden behandeld.