Ondanks de bezwaren van de Groninger Bodem Beweging (GBB) en enkele inwoners van de provincie Groningen oordeelt de Raad van State (RvS) op 24 augustus dat de staatssecretaris Mijnbouw Hans Vijlbrief redelijk heeft gehandeld en mocht instemmen met de winning van 4,5 miljard kubieke meter gas (bij gemiddelde temperaturen) in het gasjaar 2021-2022.
De GBB is teleurgesteld dat de RvS geen van de door hen ingebrachte beroepsgronden heeft overgenomen. In de afgelopen jaren is de seismiciteit telkens hoger dan berekend, verloopt de versterking aanzienlijk veel trager dan gepland en loopt de schadeafhandeling steeds gebrekkiger. Desondanks vormt dit volgens de Afdeling onvoldoende grond om het besluit van de staatsecretaris niet in stand te laten.
De RvS is van oordeel dat de staatssecretaris na afweging van alle betrokken belangen “redelijkerwijs het winningsniveau heeft kunnen vaststellen op het niveau dat nodig is voor de leveringszekerheid”. De GBB constateert dat de RvS leveringszekerheid centraal plaatst in haar uitspraak. Leveringszekerheid is meer dan de gasvoorziening aan kleinverbruikers en openbare voorzieningen, ofwel het ‘absoluut noodzakelijke’. Het omvat ook de levering van gas aan grootverbruikers en buitenlandse afnemers met langlopende contracten. De GBB vraagt zich daarom af wat het argument leveringszekerheid volgens de RvS precies betekent in deze context, en of daarbij wellicht een groter belang wordt toegekend aan ‘economische verplichtingen’ dan aan de veiligheid van de Groningers.
Je leest hier de uitspraak van de Raad van State.