GBB ziet af van deelname aan het bestuur van het Nationaal Programma Groningen

Het Rijk, de provincie en de ‘aardbevingsgemeenten’ geven gezamenlijk vorm aan de opzet van het Nationaal Programma Groningen (NPG). Het Rijk heeft hiervoor 1,15 miljard euro beschikbaar gesteld ter compensatie van het gasleed dat Groningen is aangedaan. Op 5 oktober 2018 is het startdocument NPG ondertekend door de provincie en het Rijk. De maatschappelijke organisaties, de GBB en het Gasberaad, werden in de gelegenheid gesteld te participeren in het bestuur van het NPG. We zijn nu zo’n 4 maanden verder en opzet en structuur van het NPG beginnen meer concreet te worden. Er ligt een concept bestuursovereenkomst voor. De ontwikkelingen hebben aanleiding gegeven voor de GBB af te zien van deelname aan het bestuur. Een korte toelichting:

  • Deelname aan een bestuur impliceert het nemen van verantwoordelijkheid. Randvoorwaarde is dan wel dat er iets te (be)sturen valt. Wat betreft de GBB is dat niet het geval. Dat komt door de opzet van de beoogde bestuursstructuur en de rol die de overheden daarin spelen: Provincie, gemeenten en Rijk. Gemeenten en Provincie brengen programmaplannen ter goedkeuring in het bestuur. Dit bestuur bestaat uit diezelfde provincie, gemeenten, twee ministeries en nog een aantal ‘burgers’, vertegenwoordigers van stakeholders zoals de GBB. Het is echter zonneklaar dat het in deze setting gaat om een afstemmingsproces tussen de verschillende overheden: een verdeel- en afwegingsproces van schaarse middelen. Doordat de plannen uiteindelijk vastgesteld worden door gemeenteraden en Provinciale Staten moeten de gemeente- en provincieleden van het NPG bestuur zich uiteindelijk daar verantwoorden.

In deze gesloten cirkel van verantwoordelijkheden en bevoegdheden heeft een GBB niet veel in te brengen.

Tegelijkertijd brengt deze opzet een zekere zorg mee over het proces en doel van het NPG: zullen de overheden – die onderling het geld verdelen – nog wel voldoende kritisch naar elkaars plannen kijken? Hoe staat het met een onafhankelijke toetsing van alle ingediende projecten? Beantwoorden ze wel aan de overstijgende doelen van het NPG? Wat komt er terecht van het toekomstperspectief van Groningen dat in zekere zin boven de lokale belangen en plannen uitstijgt? Was daar het NPG geld niet in eerste instantie voor bedoeld? Verwordt het NPG niet tot een verkapte subsidieregeling voor gemeenten en provincie?

  • De reden voor de aandacht van de GBB voor het NPG was de gedachte dat langs deze weg bewoners (deels) gecompenseerd zouden worden voor alle ellende waarmee de gaswinning hen had opgezadeld. De toekomst van Groningen zou veilig moeten worden gesteld.

Nu behoort de toekomst niet de – tijdelijke – bestuurders maar de mensen die de rest van hun leven in dit gebied doorbrengen. Hoe belangrijk is het dan niet om gezamenlijk met bewoners die toekomst – die stip op de horizon – vorm te geven: waar willen we met z’n allen heen. En op basis van die ontwikkelde lijnen, kunnen de gelden vervolgens gericht worden ingezet.

Op dit moment komt dit aspect niet voldoende tot zijn recht in de huidige NPG opzet. Er beginnen allerlei treinen te rijden maar niemand heeft het spoorboekje.

Natuurlijk zijn er ook praktische problemen die moeten worden opgelost. Het is logisch dat gemeenten daar een kernrol in vervullen. Maar deze praktische zaken staan in tijd en ook in financiële absorptie nu wel erg prominent vooraan. We zien dat de versterking en de koppelkansen die hierdoor worden geboden een grote wissel trekken op het geld bedoeld voor het toekomstperspectief van Groningen.

Weliswaar zal er nog binnen het NPG een toekomstbeeld 2040 worden ontwikkeld, samen met inwoners, ondernemers en maatschappelijke organisaties maar in de huidige opzet en bestuursstructuur van het NPG dreigt dit een stiefmoederlijk kindje te worden.

Al met al kan de GBB de rol van bestuurder van het NPG niet voldoende inhoud geven.

Dat neemt niet weg dat de GBB nog steeds bereid is mee te werken aan een plan de bewoners meer te betrekken bij het NPG, niet alleen bij de bepaling van het toekomstbeeld maar ook bij de ontwikkeling van initiatieven voor concrete projecten om dit toekomstbeeld te realiseren.

Jelle van der Knoop

Voorzitter Groninger Bodem Beweging