Waar wordt het NPG-geld eigenlijk aan uitgegeven? We probeerden het uit te zoeken, maar een overzicht creëren bleek nog niet zo gemakkelijk
Bestemmen, besteden of uitgeven
De volgende cijfers liegen er niet om; er is al 75% van het geld bestemd. Het heeft een bestemming, maar is nog niet besteed. Termen die door NPG graag worden benadrukt en ook steeds in een andere context worden gebruikt. Want bestemd wordt ook vaak gebruikt wanneer het duidelijk is naar welk project het geld gaat. Bestemming + besteding is dan dus duidelijk. Achteraf is pas te zien, waar het geld aan is besteed. Er mist dus nog een stap tussen aanvraag (bestemming) en toekenning (besteding).
Wie bepaalt de bestemming?
Van de 1,15 miljard gaat 345 miljoen naar “Speciale Programma’s” en gaat 805 miljoen naar de gemeenten en provincie. De helft (402,5 miljoen) is bestemd voor 2023 de andere helft voor ná 2023. Wat gemeenten en provincie daar precies mee doen, kunnen zij (nagenoeg) zelf bepalen. Als het maar onder de vier ambities van het NPG te categoriseren valt. Bij het doornemen van de openbare documenten valt op dat relatief veel geld gaat zitten in ‘het maken van plannen’ en ‘het opstarten van projecten’: niets concreets dus. Verder valt het op dat gemeenten vrij spel lijken te hebben om allerlei projecten uit te voeren die al tijden op de plank liggen. En dat is ook niet zo verwonderlijk: 50 procent van het niet democratisch gekozen bestuur beoordeelt zijn eigen plannen. Zo gaat er bijvoorbeeld 3 miljoen naar sportzalen in Hoogezand (gemeente Midden-Groningen) en 1 miljoen naar voetbalverenigingen in Loppersum voor kunststofgras, beide onder het mom van ‘leefbaarheid verbeteren’. Het verbeteren van de leefbaarheid is een van de belangrijkste ambities van het NPG. Net als groei van de economie. Iets minder belangrijke ambities zijn: opleidingsniveau laten aansluiten op de arbeidsmarkt en een betere natuur en klimaat- bestendigheid.
Toekomst
In de “Speciale Programma’s” van 345 miljoen is 100 miljoen opgenomen voor het project “Toukomst”. Er is 20 miljoen beschikbaar voor het erfgoedprogramma en 45 miljoen voor bevingsbestendig vastgoed in de zorg. Uit deze pot is ook 117,5 miljoen “verdwenen” naar projecten, die reeds voor de start van de NPG waren toegekend. Hieronder vallen onder meer 29 miljoen voor de vliesgevelwoningen van woningstichting Wierden en Borgen, 45 miljoen voor versterking in batch 1588 en een onbekend bedrag voor de dialoogtafels. Tevens zijn onder “Speciale Programma’s” de kosten voor het NPG zelf opgenomen, maar liefst 42,5 miljoen.
Burgers kunnen nauwelijks meebeslissen
Burgers mogen over 100 miljoen ‘meebeslissen’ binnen het programma ‘Toukomst’. Groningers uit de hele provincie kunnen tot half maart ideeën indienen via een website. Er wordt publiekelijk op gestemd. Daarna beslist het bestuur over de inzendingen.
Deze ambities liggen ten grondslag aan de verdeling van de pot met goud (805 miljoen) onder provincie en gemeenten.
Begin maart had de rodelbaan op de Kardingebult te Groningen-stad de meeste stemmen*. Heel belangrijk voor onze toekomst dus. Ook iets wat je onder leefbaarheid kan categoriseren? Leefbaarheid is een lekker vaag begrip, daarom kan het geld al snel worden uitgegeven aan sportzalen, voetbalvelden en rodelbanen. Wie precies de ambities heeft bepaald is niet duidelijk. In de documenten staat steevast: ‘we’. Maar die ‘we’ zijn niet wij, de Groningers. Want hoewel het geld bedoeld is voor ons, bepalen ‘zij’ de besteding. Dus het antwoord op de vraag hoe het geld wordt gespendeerd is: ‘als een kip zonder kop’.
*Niet zo verwonderlijk als je je bedenkt dat Groningen-stad verreweg de meeste inwoners heeft en dus ook meer stemmen zal uitbrengen.