Interview met Siem Jansen, directeur van Nationaal Programma Groningen (NPG), GBB Krant nummer 12:
Begin februari 2019 spraken we met de kwartiermakers van het Nationaal Programma Groningen (NPG). De boodschap was: “Wij zijn klaar, nu jullie”. En jullie, dat waren wij, de inwoners van Groningen. En in oktober, ruim een half jaar later, waren we benieuwd hoe inwoners meegenomen worden en hoe de zaken ervoor staan. We vroegen het Siem Jansen, sinds juni directeur van het NPG. Hieronder het interview dat in de jubileumkrant verscheen:
“Er is nu 318 miljoen bestemd. Onder andere 8×15 miljoen voor de zeven gemeenten in het aardbevingsgebied en de provincie. 75 procent van de ingediende projecten van gemeenten zijn samen met inwoners vormgegeven. Vaak via verenigingen voor dorpsbelangen. Dus inwoners worden wel degelijk betrokken. Bovendien gaan we binnenkort met Groningers in gesprek over de toekomst. Halverwege 2020 zullen de bevindingen uit die gesprekken omgevormd worden tot een ’Toekomstbeeld 2040’.”
Dat initiatief is nu van kracht, via www.toukomst.nl kun je je ideeën over de toekomst van Groningen inbrengen.
Is het niet gek, dat er nu al geld wordt uitgegeven terwijl er nog geen toekomstvisie is?
“Overheden zitten ondertussen niet stil. Er ligt nu een kaderdocument waarin beschreven staat waar de politiek naartoe wil. In de komende maand stellen de zeven gemeenteraden dat vast. Maar idealiter is de volgorde andersom: eerst een visie, dan de bestemming voor de gelden.”
Ondertussen is Shell ook bezig met een toekomstvisie voor Groningen. Een deel van het bestuur van NPG neemt ook deel aan die sessies. Hoe verhoudt die visie zich tot het ‘Toekomstbeeld 2040’?
“Ik neem zelf deel aan enkele sessies. Ik zit daar, net als alle andere deelnemers, op persoonlijke titel. Het past mij natuurlijk wel goed, want je weet nooit of je interessante opinies of ontwikkelingen hoort die ook interessant kunnen zijn voor waar wij allemaal mee bezig zijn. Als Nationaal Programma Groningen oriënteren wij ons steeds breed en zijn we geïnteresseerd in elk onderzoek dat gaat over de toekomst van ons werkgebied. Maar laat er geen enkel misverstand over zijn: dit onderzoek staat geheel los van het ‘Toekomstbeeld 2040’.”
Hoe dan ook, er wordt nu al geld uitgegeven aan allerlei projecten. Wie bepaalt eigenlijk, waar het geld naartoe gaat?
“Het bestuur bestaat uit twee ministers (Rijk), twee gedeputeerden (provincie), zeven burgemeesters of wethouders (gemeenten) en zes ongebonden deskundigen, afkomstig uit o.a. de zorg, industrie, landbouw en vastgoed. De laatstgenoemden zijn aangedragen door de overheden en de voorzitter benaderde hen om te vragen of zij wilden toetreden tot het bestuur. Naast de stakeholders zijn ook de GBB en het Gasberaad benaderd. Het Gasberaad zit wel in het bestuur, de GBB niet.”
De reden dat de GBB ervan afziet, is om geen bestuursverantwoordelijkheid te krijgen op beleid waar zij weinig invloed op kan uitoefenen. De provincie en gemeenten beslissen zelf over hun eigen plannen. Maar waar zijn de afgevaardigden van de burgers? Zij zouden toch ook in het bestuur komen?
“De belangen van de inwoners staan juist nadrukkelijk voorop. Dat begint al met het feit dat de projecten vanuit het gebied zelf moeten komen. Van de inwoners, organisaties en bedrijven. Bovendien moet het bestuur het gezamenlijk eens zijn over de bestemming van de gelden. Zij toetsen aanvragen op vooraf opgestelde criteria. Een criterium is bijvoorbeeld dat het project moet bijdragen aan de leefbaarheid.”
Hoe leefbaar kan Groningen zijn, als er van schadeherstel en vooral het versterken van huizen nog geen sprake is? Deze punten worden zelfs als randvoorwaarden genoemd in het programmakader NPG. Hoe kan het dan dat de gelden al wel worden bestemd?
“Dat zijn niet de onderwerpen waar het Nationaal Programma Groningen over gaat. We nemen ze toch op in het kaderdocument omdat er behoefte is aan duidelijkheid over hoe deze onderwerpen zich verhouden tot het Nationaal Programma Groningen. En omdat het Nationaal Programma Groningen nooit als een succes beleefd zal worden door de Groningers als niet aan deze randvoorwaarden is voldaan. Los van hoe goed de uitvoering wellicht ook gaat.
Oftewel de uitvoering van het Nationaal Programma Groningen wacht dus niet tot aan deze randvoorwaarden is voldaan, maar start. Het geld is nu al beschikbaar. We investeren bijvoorbeeld in arbeidsplaatsen. Via subsidies kunnen bedrijven personeel werven en opleiden in de regio. Het is algemeen bekend dat werk bijdraagt aan geluk. Uiteraard speelt je omgeving ook een grote rol in het geluksgevoel. Maar als we op de versterking moeten wachten, kan het nog jaren duren. Je moet blijven nadenken over wat daarna, en over wat je wilt bereiken.”
De laatste zin in het interview slaat de spijker op z’n kop, want wat “we” willen bereiken wordt pas halverwege volgend jaar duidelijk en dan is al minstens een derde van het geld bestemd.
Nationaal Programma Groningen
Het Nationaal Programma Groningen (NPG) is opgesteld om een extra impuls te geven aan de regio voor leefbaarheid, economie, klimaat en toekomst. Met €1,15 miljard zou de regio, en daarmee de inwoners, weer zicht op een positieve toekomst krijgen.
Al vanaf de start hamerde de GBB er op, dat deze gelden vooral voor de getroffen inwoners moesten zijn en zeker in overleg met de inwoners moest worden bestemd. Daar leek meteen al zo weinig van terecht te komen, dat de GBB geen zitting wenste te nemen in het bestuur van de NPG. Ook omdat hier de bestuurders van Rijk, provincie en gemeenten de dienst uitmaken. Zij beslissen over de plannen, die zij zelf indienen.
Oorspronkelijk zou het bestuur bestaan uit twee vertegenwoordigers van het Rijk, twee van de provincie, vijf van de verschillende gemeenten en drie uit maatschappelijke groeperingen. Dat laatste blijkt nu gewijzigd, op de twee eerstgenoemden na: Alle (7) burgemeesters zitten in het bestuur, alleen het Gasberaad (een club van al dan niet maatschappelijke organisaties) zit namens de maatschappelijke groeperingen in het bestuur, samen met 6-7 “vertegenwoordigers uit verschillende sectoren”. Of ze hun sector vertegenwoordigen is onduidelijk, en de meeste sectoren hebben ook al zitting in het Gasberaad. Hoe zij geselecteerd zijn is duister. Ten minste twee vertegenwoordigers gaven aan zich ernstig zorgen te maken over de samenhang en over de invloed van burgers op het programma.
NPG is een tienjarenplan. In het kaderdocument, waarin de regels voor bestemming van de gelden zijn bepaald, staan een paar essentiële voorwaarden: zo moet de schadeafhandeling helder zijn en binnen een half jaar per geval zijn opgelost, en de versterking moet duidelijk zijn voor elke betrokkene. Dit is duidelijk niet het geval. Verder is er geen ‘Toekomstbeeld 2040’.
Binnen een half jaar heeft de NPG echter al voor bijna een derde van de gelden een bestemming. Wij vinden dat een schande. Wij pleiten voor een pauze om de doelen gezamenlijk vast te stellen. Blijf van ons geld af!